[Achterzijde:] Geregistreerd den 20 september 1819. Bij mij secretaris van den Hoogen Raad van Adel, C. Chais. [Voorzijde]Vanwege den koning. De Hooge Raad van Adel, gebruik makende van de magt aan denzelven verleend, bij besluit van den 20sten februarij 1816, bevestigt bij dezen het kollegie van dijkgraaf en hoogheemraden van Delfland, ingevolge het, door haar gedaan verzoek, in het bezit van het navolgende wapen: Zijnde een schild gevierendeeld, het eerste en vierde geruit van blaauw en zilver, geplaatst in bande, het tweede en derde tegengevierendeeld, het eerste en vierde van goud beladen met een klimmende zwarte leeuw, het tweede en derde mede van goud en beladen met een roode klimmende leeuw, het schild gedekt met een keizerlijken kroon en rustende tegen een dubbelden keizerlijken arend, ieder hoofd beladen met een goude ring. Gedaan in 's Gravenhage den 15 september 1819. Mat. L. d'Yvoy van Mijdrecht, presiderende. Ter ordonnantie van den Hoogen Raad, C. Chais, secretaris